Tibet, pagina 4/4

 

Dag 1, Kathmandu - Zhangmu, 170Km

 

Het hoofddoel van onze Himalaya vakantie was een 8 daagse tour naar Tibet, van zaterdag t/m zaterdag. De nacht voor ons vertrek hoorden we vanuit ons hotel de regen flink naar beneden komen. Gelukkig was het tegen de ochtend droog en werden we om 06:15u opgehaald nabij ons hotel.

 

Eerst werden we met een Nepaleese bus naar een ontbijtplek gebracht om vervolgens de rit tot de grens te vervolgen. De weg werd alsmaar slechter en zo hobbelden we tot een kilometer voor de grens. Juist toen we uit moesten stappen ging het regenen en moesten we met onze bagage over een keienpad naar de eerste grenscontrole lopen. Dag nieuwe tassen op wieltjes. Ondertussen bleven de kinderen zeiken dat ze je spullen wilden dragen. Gezien hun drammerigheid zagen we daar liever vanaf.

 

Nepal uitkomen viel mee, stempeltje in paspoort en klaar. Toen de Chinese controle. Dit sloeg werkelijk alles en bestond uit 4 onsamenhangende delen. Deel 1 was de SARS controle. Enige honderden mensen moesten na een koortsmeting via het voorhoofd een gezondheidsverklaring krijgen, na ruim een uur volgde dan het volgende loket, deel 2 dus. Daar drongen ook de gidsen voor en onze Tibetaanse gids, waar we inmiddels kennis mee hadden gemaakt, blonk uit in bescheidenheid en liet ze allen voorgaan.

 

Hierna volgde een keienpad van 8Km omhoog waar we geregeld moesten lopen omdat de, inmiddels Chinese, bus het niet haalde. Dit beloofde niet veel goeds. Na 8 km was er weer een grenspost en moesten we de bagagedetectie door, dat was deel 3. Helaas konden we niet meer de grens over want die ging een uur later dicht. We snapten er niets van, tijd zat toch? We mochten er wel over om naar het hotel te gaan maar de volgende ochtend moesten we terugkomen.

 

Het hotel was vreselijk, vijf personen op een kamer op de toiletten zat de stront in dikke lagen op de muren. Poepen deden we samen om zo je balans te bewaren boven een diep gat en vooral niet te vallen in iets wat ongetwijfeld nog het meest leek op de poel des verderfs.

 

Zhangmu zelf stelde bitter weinig voor. Het is een afgrijselijk betondorp maar in de nacht was er leuke karaoke die ons zeer lang wakker hield.

 

De rit was al met al mooi, prachtige vergezichten en de eerste witte toppen. Van de hoogte merkte je nog niet veel maar we zaten dan ook pas op 2500m. Zie kaartj3e voor het hoogteverloop van de reis.

 

 

 

Dag 2, Zhangmu - Lhatse, 300Km

 

De volgende ochtend dus weer terug naar de grens om daar weer 4 uur te wachten om doorgelaten te worden. Minutieuse controle waarbij petten en brillen afmoesten. Een vrouwelijk Chinese ambtenaar deed het werk, omringd door 13 niets doende ambtenaren. Eindelijk, om 13:00u, konden we verder.

 

We hadden goed eten en drinken ingeslagen want we zouden de lunch moeten missen en naar later bleek ook het diner.

De rit was spectaculair, letterlijk over het dak van de wereld. We reden omhoog naar het Tibetaanse hoogplateau met weidse uitzichten over het typisch Tibetaanse landschap, dat door de Himalayaketen wordt afgeschermd voor de zomerse moessonregens. We staken eerst twee passen over: de Nyalamu La (3800m) en de Lalung La (5050m). Het was helder weer en wij hadden een prachtig uitzicht over de vele toppen. De top top was natuurlijk het uitzicht op Mount Everest (8.848m) en de Cho Oyu (8.201m). We hebben daar zeer van genoten.

 

Omdat we op deze tweede dag verder moeten dan aanvankelijk de bedoeling was gingen we in het donker over de hoogste pas van de route, de Gyatchu La (5220m) om daarna Lhatse te bereiken voor de overnachting. Zonder diner slapen maar we hadden toch geen honger maar wel een eigen kamer. De W.C. was niet veel beter dan in het vorige hotel maar je zat niet meer zo in de shit. De hoogte voelden we inmiddels wel, 4000m is dan ook niet niks. Rustig aan en je niet opwinden was het motief.  We vielen als een blok in slaap.

 

 

Dag 3, Lhatse - Xigatse, 200Km

 

We rijden verder langs de Yarlung Tsampo (Brahmaputra) naar Xigatse, waar tegenwoordig veel Han-Chinezen wonen. Xigatse is van oudsher een bolwerk van de roodmutsensecte, aangevoerd door de Panchen Lama. In dit gebied zijn in het verleden veel oorlogen gevoerd tussen deze roodkappen en de geelkappen onder leiding van de Dalai Lama (uit onder meer Gyantse en Lhasa). Sinds de Chinezen in de 18e eeuw de macht over Tibet kregen, hebben zij geprobeerd om de Dalai Lama en de Panchen Lama tegen elkaar uit te spelen. De huidige Panchen Lama is zeer omstreden omdat dit jochie precies doet wat de Chinezen willen.

 

In de middag bezoeken we het Tashi Lumpo-klooster aan de voet van de Dromari-berg wat dus de zetel is van de Panchen Lama. Tashi Lumpo betekent ‘hoop van roem’. Het klooster is eigenlijk een stad op zich met een wirwar van steegjes en vele gebedsruimten. De tempel van Maitreya (Jamba Chyenmu) is het grootste gebouw en herbergt het 26 meter hoge beeld van de Boeddha van de Toekomst. Er is 280 kilo goud en 150 ton koper en brons in dit beeld verwerkt. De tempel is in 1914 gebouwd onder de negende Panchen Lama. Naast de grafstupa’s van de Panchen Lama’s, is hier ook het graf van de eerste Dalai Lama, die zijn titel postuum heeft gekregen.

 

Het is weer rustig lopen want het plaatsje ligt op 3900m hoogte. Maar we wennen al aan de hoogte.

Al met al zag het hoogte verloop er als volgt uit:

 

 

Dag 4, Xigatse - Gyantse, 90Km

 

Op dag 4 vetrekken we naar Gyantse. Bijzonder was dat de arme Tibetanen op straat sliepen voor het hotel om zo eten te bedelen bij de toersiten, Menig ei en broodje werd zo naar buiten gebracht.

We gingen nooit echt vroeg op pad, de gids was niet zo’n snelle. Nog minder snel waren onze reisgenoten uit Israël. Dit waren jongeren die na het leger op wereldreis gingen. Totaal verknipt dus en ik kan je zeggen dat je je betere reisgenoten kan wensen.

 

Na nog geen 2 uur rijden kwamen we in Gyantse aan. Gyantse is een belangrijke en strategisch gelegen stad, de op twee na grootste stad van Tibet, waar zijn authentieke sfeer nog niet verdrongen is door de Chinese invloed. We bezochten de Kumbum stupa en het Palkhor-klooster. Het is gesticht in 1365 en er woonden ooit 1000 monniken. Maar slechts vier gebouwen hebben de Culturele Revolutie doorstaan; de drie verdiepingen tellende hoofdtempel, de Kumbum-stupa een slaapzaal voor de 17 monniken en een thankmuur, waaraan bij festiviteiten de grote thanka gespannen werd.

 

De Kummum-stupa is met zijn 13 verdiepingen de grootste stupa van Tibet is. De complete rondgang en beklimming

van deze indrukwekkende stupa is een symbolische gang naar het Nirvana. Dat hebben we dus gedaan en ook het

uitzicht was te gek. Zo konden we ook mooi zien hoe we terug konden lopen naar het hotel, precies door alle

buitenwijkjes.

 

Ook nu weer goed geslapen en we hadden zelfs een W.C. Goed hij spoelde niet door en er zat een extra gat in,

maar we hadden er tenminste één.

 

 

Dag 5, Gyantse - Lhasa, 261Km

 

Schitterende rit over de Karo La (5010m) en de Kamba La (4794m) naar Lhasa. Vanaf de Kamba La worden we verrast door een schitterend uitzicht over het saffierblauwe bergmeer Yamdruk Tsho. Dit is één van Tibets heilige meren. De bergpassen waren zoals gewoonlijk versierd met gebedsvlaggen en de gletsjertongen reikten tot vlak aan de weg. Helaas waren er wat wegwerkzaamheden en was de weg over meer dan 60Km opgebroken. Omdat er geen goed alternatief voor de weg was heeft dit wel even geduurd en moesten we zelfs een keer bijna de bus duwen.

 

De reis met de bus door Tibet was ongeveer 900Km. Slechts 150Km van deze afstand voerde over verharde wegen. De gemiddelde snelheid kwam niet boven de 30Km per uur. De temperaturen waren zeer hoog met waardes tot wel 20 graden Celsius. De chauffeur was erg goed en de gids vertelde niet veel uit zichzelf maar gaf wel antwoord op alle vragen.

 

Eindelijk kwamen we in Lhasa op 3600m hoogte. Na de onnodige formaliteiten in het hotel besloten wij om maar gelijk Lhasa te verkennen en te gaan eten. Direct kwamen we in een pelgrimsoptocht terecht, we keken onze ogen uit. Ook was direct duidelijk welk deel van de stad Tibetaans was en welk deel Chinees. Je kon het zien maar vooral horen. Overigens waren de Chinezen, in tegenstelling tot wat wij verwachten, bijzonder aardig. Alleen de officials zijn ettertjes.

 

De weg terug naar het hotel was in het donker en in een onbekende stad moeilijk te vinden. Uiteindelijk namen we een taxi op 100m van het hotel. In plaats dat die man nu zei dat we ongeveer naast ons hotel stonden bracht hij ons maar naar een ander hotel zodat hij wel een ritje had. Onderweg herkende ik het direct dus hebben we het stuk maar weer teruggelopen.

 

 

Dag 6 en 7, Lhasa

 

Eerst gingen wij naar Drepung, 15 km ten westen van Lhasa en één van de grootste kloostersteden, gesticht in 1416. Lopende tussen de grote gebedshallen, vergaderzalen , woon- en studievertrekken kregen we een goed beeld hoe men hier vroeger geleefd heeft. Hier leefde de vijfde Dalai Lama samen met zo’n 10000 monniken; tegenwoordig leven er nog zo’n 200.

 

Vervolgens in de middag naar het torenhoge Sera Klooster. Deze ligt 3Km ten noorden van Lhasa en dateert uit 1419

(ook uit de tijd van koning Songsten Gampo). Het is een universiteit met verschillende faculteiten, elk met zijn eigen kapellen, keukens en de vertrekken van de monniken. ‘s Middags beginnen de gebedsdiscussies van de jonge monniken in de ‘gebedstuin’. Om hun argumenten kracht bij te zetten klapten ze dan in hun handen. Prachtig om te zien en te horen.\

 

Uiteraard bezochten we het wereldberoemde Potala, het zeventiende eeuwse winterpaleis van de Dalai Lama. Tot 1959 leefde hier de Dalai Lama op de hoogste verdieping in de toren van het zogenaamde Rode Paleis. Zoals bekend zit de Dalai Lama nu in India, gevlucht voor de Chinezen.

 

 

De Potala werd gebouwd ten tijde van de vijfde Dalai Lama. In de tijden daarna zijn er steeds meer vertrekken aangebouwd. Het enorme complex heeft 113 verdiepingen en meet 400 bij 350 meter.

We bezochten de mausoleums van eerdere Dalai Lama’s en de enorme grafstupa van de vijfde Dalai Lama. Deze is van massief goud (3700 kilo!) en bezaaid met edelstenen. Het meest indrukwekkend was toch de troon van de Dalai Lama. Je realiseert je dat hij hier nooit meer zal zitten en de Chinezen Tibet nooit meer zullen verlaten. We waren onder de indruk.

Vanaf het dak hadden we een schitterend uitzicht over de Lhasa-vallei en konden we ons goed oriënteren op de stad.

  

 

Als laatste bezochten we de Jokhang tempel. Deze wordt dagelijks bezocht door vele pelgrims en is met zijn gouden daken en het gouden boeddhabeeld van Jowo Sakyamuni de heiligste plek van Tibet. Stilletjes sloten wij ons aan bij de schuifelende pelgrims die zich ook regelmatig in het stof van de Barkhor Bazar werpen.

 

De rest van de tijd hebben we door de stad gedwaald, markten en parken bezocht en lekker gegeten. Dat laatste is hier betrekkelijk veilig omdat op 3600m hoogte nu eenmaal minder virussen en bacteriën actief zijn.

 

 

Dag 8, Khatmandu

 

Vroeg op en naar het op 90Km afstand gelegen vliegveld van Gongar. De weg is goed en na 2 uur rijden bereiken we het vliegveld. Na de meest stompzinnige formaliteiten vliegen we op tijd weg. Er volgt een onvergetelijke vlucht over de Himalaya met een spectaculair uitzicht op de Mount Everest. We zaten aan de goede kant van het vliegtuig (rechts) en het weer kon niet beter. Dit was de mooiste vliegreis ooit en ik denk niet dat dit nog te verbeteren valt. Na een uur landen we in Kathmandu, einde van een ongelooflijk mooie en indrukwekende reis over het dak van de wereld.